, ,

De Frauenkirche in Dresden

Onlangs heb ik een van de meest besproken restauraties van deze eeuw bezocht: de Frauenkirche in Dresden. Uit de puinhoop van de 2e Wereldoorlog volledig terug opgebouwd, tot de Barokke schoonheid die het was en weer is.

Voorgeschiedenis van de Frauenkirche

De kerk werd in de 18e eeuw gebouwd door de plaatselijke architect Gerorg Bähr. De bouwtijd was relatief kort en duurde van 1726 tot 1743. Tijdens de bouw wordt het plan dan nog aangepast en de koepel uit steen opgetrokken in plaats van uit hout, zoals eerder gepland. Het was in die tijd een technisch huzarenstuk om zo’n koepel te bouwen…zwarte stenen zijn oude...

Geheel volgens de wensen van die tijd werd de kerk voorzien van een groot en fraai orgel, dat werd ingewijd door niemand minder dan Johann Sebastiaan Bach. Hij was in die tijd als hofcomponist verbonden aan het hof van de Keurvorst en koning van Saksen. Alleen al door zo’n gegeven is het een bijzonder gebouw. Stel je voor dat je de meester zelf op het orgel hoort spelen, wat moet dat een genot geweest zijn…

Dramatisch bombardement

Aan het eind van de 2e wereldoorlog, als Nazi-Duitsland eigenlijk al zo goed als verslagen is, besluit het geallieerde Bomber Command om de stad Dresden te bombarderen. De reden is nooit duidelijk geworden, want er was geen strategische oorlogsindustrie om of in de stad gevestigd. Er zijn vermoedens dat het een ordinaire wraakactie was voor wat de Duitsers de stad Coventry aan het begin van de oorlog hadden aangedaan. Er zijn meer steden tamelijk zinloos gebombardeerd, zie ook hier

Hoe dan ook, bij dat bombardement wordt de hele barokke binnenstad van Dresden verwoest. Zo ook de Frauenkirche en het schitterende Zwingerpaleis. De koepel van de kerk blijft nog anderhalve dag staan, maar stort uiteindelijk toch in. Het metselwerk heeft door de enorme hitte van de branden te ver aangetast. Het heeft zijn stabiliteit verloren en kan de last van de koepel niet meer dragen.

Na de oorlog

De puinhoop blijft na de oorlog liggen, terwijl andere gebouwen worden gerestaureerd. Men wilde de iconische kerk graag weer opbouwen, maar dat was financieel niet haalbaar. De Oost-Duitse autoriteiten besluiten op een gegeven moment dat de steenberg en ruïne van de kerk opgeruimd moet worden om ruimte te maken voor een moderne parkeergarage. Echter, dat pikt de bevolking niet! Er vinden protesten plaats en de puinhoop blijft liggen. Er worden alleen wat maatregelen genomen om verder verval te voorkomen.

By Deutsche Fotothek‎, CC BY-SA 3.0 de, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=6550007

(By Deutsche Fotothek‎, CC BY-SA 3.0 de, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=6550007)

Dat protest is heel bijzonder als je na gaat hoe onderdrukkend de toenmalige regering was. Dat de bevolking, met vreedzaam protest, al in de jaren ’50 dit wist te bereiken. Misschien was het regime destijds nog niet zo stabiel en sterk dat deze protesten neergeslagen konden worden? Er werd besloten om de puinhopen ongemoeid te laten en tot een soort Mahnmal te maken. Een Duitse term voor een plek ter herdenking en waarschuwing (mahnen) voor wat er is gebeurd.

Na de “Wende”

Toen dan in 1989 volkomen onverwacht de muur viel en Oost-Duitsland binnen no-time ophield te bestaan, ontstonden nieuwe plannen om de kerk in de oude vorm te restaureren. Er werden acties gestart om dit te financieren en de plannen worden verder uitgewerkt, op basis van de oude tekeningen.

Het werk begon in 1992 met het opruimen van de puinhoop. Er was in al die tijd geen steen verplaatst, er was niets onderzocht en niets opgeruimd. Zoals de kerk was ingestort was hij blijven liggen. Onvoorstelbaar. Uit de puinberg kwam nog een forse voorraad oud en herbruikbaar materiaal naar boven. Geblakerde stenen, delen van de koepel, en zelfs nog het verwrongen kruis van de koepel.het oude kruis, "opgedoken" uit de puinhoop.

En het altaar? Dat was misschien nog wel het meest bijzondere: vrijwel het volledige altaar kwam uit de puinhoop tevoorschijn. Net dit deel van de kerk, een stukje verwijderd van de koepel was blijven staan. Het leidde tot een emotioneel moment toen in 1994 in de schoongemaakte ruïne voor dat vrij gelegde altaar voor het eerst weer een dienst werd opgedragen.

Wederopbouw

Alle gevonden oude stenen werden zorgvuldig opgeslagen in loodsen op het plein voor de kerk. Van elke steen werd vastgesteld waar deze zich bevonden had en die werd in het nieuwe werk ingepast. Alleen waren de oude stenen natuurlijk geblakerd door de brand en verweerd door honderden jaren ouderdom.

In de gevels heeft dat geleid tot een opvallend patroon van donkere, op het oog zwarte stenen, in het verder gelige metselwerk van zandsteen. Zo vormt ook het oude koor, waarvan de muren de verwoesting hadden overleefd een opvallende breuk met het nieuwere muurwerk. Als je goed kijkt ontdek je trouwens nog dat er een kleine verspringing in het muurwerk aanwezig is. Deze markeert de breuk tussen oud en nieuw.

een fors oud stuk koepel, nu als monumentDe koepel moest geheel nieuw worden opgetrokken, er waren geen herbruikbare delen in de puinhoop aangetroffen. Wel is er van een groot blok van de oude koepel uit de puinhoop een  klein monument gemaakt, ter herinnering aan de verwoesting. Het staat een tikje onopvallend op het plein naast de kerk opgesteld.

Beleving van de de Frauenkirche

En wat heeft de restauratie van het gebouw, de reconstructie moet je eigenlijk zeggen, met de beleving ervan gedaan? Eerlijk gezegd viel het mij tegen. Uiteraard was alles spik en span opgeleverd, er waren uit alle hoeken van de wereld giften gekomen, waardoor het gebouw in al zijn oude glorie kon worden hersteld.

Je ziet de fraaiste materialen en technieken toegepast. Zo is er b.v. alleen voor het altaar ± 60 gram bladgoud toegepast. Dat lijkt weinig, maar dat houdt grofweg in dat er 60 vierkante meter verguldwerk aanwezig is! In velletjes van pakweg 10 bij 10 cm! Typisch voor de Barok, maar toch. Overal zijn schitterende marmerimitaties te vinden. Wat dat betreft is het een feest om te zien.

En toch mist de kerk op de een of andere manier karakter. Ik kan het niet zo goed omschrijven, maar het lijkt wel zielloos. Klinisch… Ondanks de perfecte technische uitvoering. Of misschien juist daardoor?

Het maakte dat ik eigenlijk al vrij snel weer de kerk uit ben gegaan, op weg naar een ander fraai Barokobject in Dresden: het Zwinger. Nee, de Frauenkirche kon mij niet echt raken, en dat was een bijzondere gewaarwording voor zo’n beroemde en perfecte restauratie. Ik vraag mij af, kun je dan ook te goed restaureren? Een vraag die ik mijzelf nooit eerder heb gesteld…

Meer lezen? Zie b.v. hier (wel in het Duits)