,

Het Cauchiehuis

Een streng gevelaanzicht, maar wel degelijk Art Nouveau!

Een streng gevelaanzicht, maar wel degelijk Art Nouveau!

Soms kom je al zwervende ineens een onbekende parel tegen. Dat gebeurde mij een paar jaar geleden in Brussel, met het Cauchiehuis. Velen kennen in Brussel de werken van Victor Horta, en misschien van andere Art Nouveau architecten. Zie b.v. ook dit blog. Dit huis dat schilder en decorateur Paul Cauchie samen met zijn vrouw bouwde is echter tamelijk onbekend gebleven.

Onbekend, maar zeker niet onbemind, zodra je het leert kennen. Het is misschien wel de meest eigenzinnige uiting van de Art Nouveau in Brussel. Hier geen sierlijke lijnen, geen zweepslagmotieven of allerlei kronkelende bloemmotieven. Integendeel. De decoratie van dit huis is eerder strak. Daardoor is het een unieke schepping uit deze bijzondere stijlperiode.

Paul Cauchie

Paul trouwt in 1905 met Lina Voet en koopt een perceel in de nieuwe (deel-)gemeente Etterbeek. Met uitzicht op het nog vrij nieuwe Jubelpark. Letterlijk op een steenworp afstand ervan. Op het perceel bouwen zij een huis voor zichzelf en het nog te stichten gezin. Paul heeft maar een paar jaar een bouwkundige opleiding gevolgd in Antwerpen, en heeft zich later gespecialiseerd in diverse decoratieve kunsten in Brussel. Toch weet hij op zijn perceel een bijzonder huis te realiseren. Niet alleen bijzonder gedecoreerd, maar zeker ook bijzonder qua ruimtelijke structuur en gevelopbouw.

door ons voor ons:Paul en Lena bouwden hun eigen huis

door ons voor ons: Paul en Lena bouwden hun eigen huis

Hij heeft nog enkele andere huizen gebouwd, maar hij is vooral bekend geworden als impressionistisch schilder. Als zodanig heeft hij een groot oeuvre achtergelaten. Maar, schilderkunst is niet geheel (beter: in het geheel niet) mijn specialiteit om over te vertellen. Ik geniet er graag van, maar ken de finesses er niet. Daar zijn vast en zeker goede blogs over te vinden, elders op het internet.

Naast zijn schilderkunst is Paul vooral bekend geworden om zijn Sgraffiti. Hier was hij zeer begaafd in. Hij maakte er uitgebreid reclame voor op de gevel van zijn huis. Niet alleen met de grandioze afbeelding boven op de gevel, maar ook in de vlakken naast de entree waarop hij zijn werkzaamheden aanprijst. Sgraffiti heeft trouwens niets te maken met Graffiti, behalve dat het om versieringen op de gevel gaat. Het is een vrij oude decoratieve krastechniek.  Tijdens de Renaissance in Italië is deze op veel gebouwen toegepast. In het midden van de 19e eeuw werd de techniek opnieuw ontdekt en geïntroduceerd in de bouwkunst.

De techniek van Sgraffiti

Voor een Sgraffito worden 2 lagen kalkmortel over elkaar heen aangebracht. Aan 1 laag is een kleurstof (vaak zwart of rood) toegevoegd. In de natte mortel wordt met een prikpen op een sjabloon een afbeelding geprikt. De puntjes worden met een scherpe stalen pen met elkaar verbonden tot lijnen. Deze worden zo diep uitgekrast, dat de onderliggende laag met de afwijkende kleur zichtbaar wordt. Zo tekent zich een afbeelding af in de natte kalk. Die afbeelding is vooraf op ware grootte uitgewerkt volgens de wensen van de opdrachtgever, of de gedachten van de kunstenaar, bij een vrije opdracht.

gele kalk op kalk met zwartsel.

gele kalk op kalk met zwartsel.

Nadat de lijnen zijn ingekrast worden de afzonderlijke vlakken ingekleurd in de natte mortel. Daardoor bindt de verf zich aan de kalkmortel en wordt de kleurechtheid van de afbeelding veel stabieler. Het is dezelfde techniek als voor fresco’s. Een grote afbeelding vraagt daardoor veel tijd om te maken, omdat de kunstenaar telkens een nieuw vlak op moet zetten groot genoeg voor een dagproductie. Dat vraagt een zorgvuldige planning en voorbereiding. En natuurlijk vooraf een volledig uitgewerkt ontwerp. Paul Cauchie beheerste deze techniek tot in de puntjes, hij was er een ware meester in.

Er worden de laatste jaren steeds meer sgraffiti van zijn hand gevonden in België. En dan ook door heel België verspreid. Soms gaat dat om zeer grote kunstwerken, zoals in Gent aan het Museum voor schone kunst. En natuurlijk aan veel, heel veel huizen. Gelukkig ontstaat er ook steeds meer waardering voor deze bijzondere techniek. Er worden dan ook steeds meer sgraffiti gerestaureerd.

Sgraffiti aan en in het Cauchiehuis

Het huis van Paul en Lena Cauchie moet je eigenlijk zien als een reusachtig visitekaartje. Hier toont Paul zijn talent aan de potentiële klanten. Dat gebeurt sowieso al door het grote en opvallende sgraffito op de voorgevel. Hier zijn de 7 kunsten en 1 onverklaarbare afgebeeld, waarbij typische Art Nouveau dames, met losse gewaden en loshangend haar de attributen van deze kunsten dragen. Er is een dame met een koepelkerk op haar handen te zien: architectuur. Of een met een gouden palet: schilderkunst. Een andere dame lijkt een Oscarbeeldje vast te hebben (dat bestond toen overigens nog niet): beeldhouwkunst. Prachtig sgraffito kunstwerk, wellicht zelfs een van de grootste uit de Art Nouveau periode.

een Oscar?

een Oscar?

de expertise van Paul, verpakt in sgrafitto

de expertise van Paul, verpakt in sgrafitto

Naast de entreepartij van het huis heeft Paul 2 reclamevlakken aangebracht, ook in sgraffito-techniek. Hierop vermeldt hij alle decoratiemogelijkheden die hij tot zijn expertise rekent. En, heel bijzonder voor die tijd, hij vermeldt niet alleen zichzelf, maar ook zijn vrouw. In volledige gelijkwaardigheid. Was het koppel al zo geëmancipeerd?

Ook binnen, op de Bel-etage, de fraaie verdieping zeg maar, heeft hij zijn kamer volledig van Sgraffiti voorzien. En eigenlijk zelfs van een nog fraaiere soort dan die op de voorgevel. Moesten de potentiële klanten buiten gelokt worden, binnen moesten ze blijkbaar overweldigd worden, met wat in deze techniek mogelijk was. Heel fraai is vooral dat de ontvangstruimte als een totaalkunstwerk is opgevat. Gesamtkunstwerk heet het in de officiële terminologie. Zo lijken enkele dames te zitten of te knielen op het ook door Paul ontworpen meubilair. Het gaat hier om de muzen ook weer met losse gewaden en dito haar .

Latere geschiedenis van het Cauchiehuis.

Paul Cauchie overlijdt al in 1952, zijn vrouw in 1969. De reclame-sgraffiti naast de voordeur wordt bij het overlijden van Paul weg gestucd: er wordt simpelweg een laag verse pleister over de sgraffiti heen gesmeerd. Op die manier komen potentiële klanten niet meer in de verleiding om aan te bellen. En de fantastische sgraffiti in de ontvangstkamer verdwijnen achter een laag behang. Uit het zicht. Dochter Suzanne wil het pand slopen om er een appartementengebouw voor in de plaats te zetten. Vermoedelijk een van het soort waar wij in Nederland nogal van gruwen: modernistisch, saai en nietszeggend. Het meubilair van haar Cauchiehuis zet ze alvast op straat: voor een opkoper, of wie het maar wil hebben.

Echter, enkele mensen herinneren zich het interieur, en (h)erkennen het in verval geraakte grote gevel-sgraffito als een belangrijk kunstwerk dat bewaard moet blijven. Dochter wordt uitgekocht en na enkele jaren leegstand wordt het pand door liefhebbers gekocht die het met veel geduld, passie en aandacht langzaam in zijn oude glorie van 1905 herstellen. Jaren van restauratie volgen.

En nu is het op bepaalde tijden te bezoeken. En dan is het natuurlijk mijn plezier om daar gebruik van te maken. Onlangs heb ik met een gezelschap een geweldige rondleiding in het huis mee gemaakt, begeleid door een begeesterde gids. Voor mij is het Cauchiehuis inmiddels geen onbekend (noch onbemind) huis meer, voor mijn recente gasten evenmin.

Wil je het zelf ook eens beleven? Let dan op mijn aankondigingen voor een nieuwe reis naar de Art Nouveau van Brussel. Deze gaat er zeker komen!